Wij zijn dol op Australië en zouden zonder aarzelen teruggaan. Toch merken we dat niet iedereen er zo over denkt. Zodra we vertellen dat we naar Australië gaan, zijn de reacties verdeeld. Sommigen lijkt het heel gaaf, anderen komen met bezwaren. Dus: hier een paar veelgehoorde redenen om niet naar Australië te gaan – en waarom wij het juist geweldig vinden.

De lange vlucht

De eerste en enige reden waar we het mee eens zijn; de lange vlucht. Het is inderdaad een lange zit met minimaal één tussenstop – vaak twee. Je bent al snel gemiddeld 21 tot 25 uur aan het vliegen. Met tussenstops ligt de totale reistijd vaak tussen de 23 en 30 uur.

Tip! Als je tijd én energie wilt besparen, kies dan voor een route met één tussenstop en een korte overstaptijd (1,5–3 uur).
Of knip je vlucht op zoals wij deden; plak er op de heen- en terugweg een extra vakantie aan vast in Azië. Wij verbleven eerst 3 weken in Japan en op de terugweg verbleven we twee weken in Thailand.

Enge (maar fascinerende) dieren

Australië staat bekend om z’n dieren. Niet alleen schattige koala’s en kangoeroes, maar vooral ook om de krokodillen, slangen, haaien en kwallen – je weet wel, die enge soorten die je kunnen doden. Klinkt heftig, maar eigenlijk valt het allemaal reuze mee. Zolang je voorzichtig bent en je de regels volgt, gebeurt er niets.

Daarnaast zijn er natuurlijk ook nog spinnen en andere insecten. Wij zijn gelukkig niet bang voor spinnen. Hostels en campings zitten soms vol met kakkerlakken en spinnen – goor, maar het hoort erbij.

Het dier waar Kirsten wél een hekel aan heeft? Vogels. Tijdens haar vorige Australië-reis is ze aangevallen door een Magpie, een grote zwart-witte vogel. Deze vogel prikte met zijn snavel in haar oog. Haar oog bloedde en was vuurrood. Zulke aanvallen zijn berucht tijdens de broedtijd. Dit keer heeft ze vogels zoveel mogelijk vermeden – op een dreigende emoe op de camping na.

Er zijn ook hele leuke dieren! Onze favorieten: de echidna en de spotted-tail quoll.
De echidna (spreek je uit als: ekidna) is een stekelige insecteneter met een snuit en lange tong, een beetje zoals een kruising tussen een miereneter en een egel. Het is één van de weinige zoogdieren die eieren legt. Super schattig én een tikje prehistorisch.
De spotted-tail quoll is een klein vleesetend buideldier met een schattige uitstraling en scherpe tandjes. Hij heeft een roodbruine of zwarte vacht met witte stippen en een indrukwekkend klimvermogen. Eén van de grootste roofdieren op het Australische vasteland. Het was heel bijzonder dit diertje in het echt te zien.

De kosten – Australië is duur

Toen Kirsten eerder in Australië woonde schrok ze elke keer weer in de supermarkt van de prijzen. Alles was zóveel duurder dan in Europa! Maar dit keer viel het ons erg mee. De inflatie lijkt in Nederland hoger te zijn geweest in de afgelopen jaren, waardoor de prijzen in Australië nu vrij vergelijkbaar zijn met Nederland. Dat gezegd hebbende is het natuurlijk geen goedkoop vakantieland. We zagen ons geld razendsnel verdwijnen, maar hebben dan ook niet op het geld gelet en alles gedaan wat we wilden doen. De grote kostenposten waren de vliegtickets, de camperhuur en de overtocht naar Tasmanië.

Tip! Door veel zelf te koken en te kamperen (of in free campings te staan), bespaar je flink.

Gekke taal

Op Instagram zie je vaak video’s over dat het lastig is om Australiërs te verstaan. Tja, misschien moet je even wennen als je voor het eerst met een Aussie praat, maar het is echt niet zo moeilijk. Wij vinden dat accent juist grappig – een beetje stoer en een tikje brutaal.

De warmte & hitte

Ja, het is warm. Vooral rond kerst. En eerlijk, kerst voelt voor ons niet als kerst in de hitte. Maar die zon en al die lange dagen – heerlijk! Oké, we zijn bijna gesmolten langs de westkust. Op een gegeven moment gaf de termometer in de auto 49,5 graden aan. Wat waren we blij met de airco in onze camper! Maar over het algemeen is de warmte goed te doen.

Tip! Check van te voren waar je het beste kunt zijn per seizoen. Het is namelijk niet overal altijd warm. Bijvoorbeeld in juni, juli en augustus is het gemiddeld maar 17 graden in Sydney.
Wist je bijvoorbeeld dat je ook kan skiën in Australië? In de Snowy Mountains kun je tussen juni en september skiën.

Australië is misschien niet voor iedereen – maar zoals je merkt zijn wij dol op Australië. Wij gaan sowieso terug, want we willen nog de bovenkant (Perth – Darwin) en het hart van het land (Uluru) nog ontdekken. Nu al zin in!